Menu

Schuttersveld, Delft

Het voormalige bibliotheekcomplex van de TU is een rijksmonument. Dit was bij de herontwikkeling een belangrijk uitgangspunt. De oorspronkelijke uitstraling van dit gebouw moest worden gewaarborgd, waarbij de monumentale waarden en karakteristieke details niet aangetast werden.

Om te komen tot een haalbaar plan is één van de gebouwvleugels in de lengte doorgezaagd en gedeeltelijk gesloopt. Hierdoor is er ruimte gecreëerd voor nieuwbouw van 27 appartementen. Onder het binnenterrein is een parkeergarage met deels een geautomatiseerd parkeersysteem gerealiseerd. De grote uitdaging, tijdens de (ver)bouw, was de bereikbaarheid. Het zware vrachtverkeer werd belemmerd doordat de bruggen in de aanvoerroute maar beperkt belast mochten worden.

Transformatie en renovatie van een rijksmonument

Het gebouwencomplex staat aan de oostelijke rand van de 14e eeuwse stadsuitbreiding van Graaf Willem V. Er zijn vier gebouwdelen: de gebouwen van Civiele Techniek, de centrale bibliotheek van de TU en het bijbehorende depot-gebouw. De twee laatsten zijn rond 1910 neergezet, naar het ontwerp van Rijksbouwmeester Vrijman. De bibliotheek is een neorenaissance gebouw met kenmerken van de 16e eeuwse, Vlaams-Hollandse renaissance. Het depotgebouw is geïnspireerd op de 16e eeuwse renaissance. Civiele Techniek volgde een paar jaar later, met als architect G. van Drecht, in een stijl die verwant is aan het traditionalisme en Van Bazel; ook zijn er invloeden van de Amsterdamse School zichtbaar. Het beeldhouwwerk van de entree is van Van der Eynde, die nauw met Van Bazel samenwerkte.

De architectuur is met gepast respect behandeld en nauwelijks aangetast. De historie is ook in het interieur afleesbaar gebleven, doordat de woningen binnen de oorspronkelijke structuur zijn ontworpen. Twee vleugels bleken niet geschikt voor hergebruik. Deze zijn vervangen door nieuwbouw van een groter volume, waardoor het programma aanmerkelijk verhoogd werd. Onder de binnenhof is een parkeergarage gerealiseerd voor 104 auto’s met een in- en uitrit aan het Verlengde Raam.

Waar mogelijk hebben de woningen een buitenruimte achter de gevel in de vorm van een loggia. Bij de dakappartementen zijn de loggia’s in de lofts tevens de dakkapel van de eerste etage. Alle bewoners hebben toegang tot het fraai ingerichte hof binnen het gebied.

“Een zorgvuldige ontwikkeling is van belang voor de totaalkwaliteit van het centrum. Het plan van ABB bezat de hoogste kwaliteit en heeft daarom gewonnen.”